Het zou zomaar kunnen dat onderstaande tekst onbegrijpelijk is. Als er over de kosmologie wordt geschreven of gesproken zijn dat meestal teksten die niet met het brein te bevatten zijn. Het zijn woorden van meditatie die van binnen een resonantie kunnen veroorzaken met dat wat in onszelf aanwezig is. Want we zijn er uit voort gekomen en in die zin zijn we er een onlosmakelijk deel van. Dat is ook de manier waarop de mogelijkheid tot bestaan , tot bewust bestaan aanwezig is in en buiten onszelf als een geheel met het Al . Zonder dat is er geen leven mogelijk. Je zou het misschien een leven gevend beginsel kunnen noemen dat gelijktijdig Alomvattend is. Het niet iets, de afgrond, woest en ledig, de duisternis van waaruit het licht ontstaat.
Noch iets noch niets bestond; die heldere hemel daar Was niet, noch het brede hemeldak daarboven uitgestrekt.
Wat dekte het Al? wat beschutte? wat verborg?
Was het van het water het peilloze diep?
Er was geen dood – toch was er niets onsterfelijks, Er was geen grens tussen dag en nacht;
Het enig Ene ademde stil alleen, Behalve Dat is sindsdien niets geweest.
Het was duister, en het Al was eerst gehuld In diepe somberheid – een lichtloze oceaan – De kiem, bedekt nog in de schil, Barstte open, één van aard, uit hittegloed. . . .
Wie kent het geheim? Wie verkondigde het hier?
Wie weet waaruit die veelvoudige schepping ontstond?
De goden zelf ontstonden later pas – Wie weet waaruit die schepping plots ontstond?
Wie kent Dat waar die grote schepping uit voortkwam?
Wie weet of zijn wil haar schiep of dat die zweeg?
De hoogste ziener in de hoogste hemel, Hij weet het – of misschien zelfs deze niet.
– Rig-Veda, 10:129
Starend de eeuwigheid in . . .
Vóór de grondslag van de aarde was gelegd, . .
Was u. En als de onderaardse vlam Uit het gevang barst, en het raamwerk verteert . . .
Zult u in rust verkeren, zoals u eerder was, En onveranderd blijven, terwijl de tijd niet meer bestaat.
O, eindeloos denken, goddelijke EEUWIGHEID!
– John Gay, A Thought on Eternity
Uit: Een introductie tot de geheime leer. H.P. Blavatsky
https://www.theosofie.net/onlineliteratuur/introductietotgl/proloogdeel1.html
Geen opmerkingen:
Een reactie posten